Jeugdzonde
door Wouter Olthuis
Welke muziek stond er op je playlist vóór de geboorte van Bach? Of ook: wat deed je in de lijdenstijd vóór 1724? Je oer-Hollandse, traditionele bezoek aan de Matthäus- of, vooruit dan maar, de Johannes-Passion, was onmogelijk, want die moesten nog worden gecomponeerd. Dat soort vragen houdt mij soms bezig, de wereld vóór Bach, of erger nog, een wereld zonder Bach. Zonder Newton valt de appel nog steeds naar beneden, maar zonder Bach geen Hohe Messe. Nooit.
Klaarblijkelijk houdt mij dit al langer bezig, getuige mijn bijdrage in ‘Kultureel magazine SPIJKER voor Enschede, Hengelo en omgeving’, eerste jaargang, nummer twee uit 1985. (Ik betwijfel het bestaan van een tweede jaargang …). Een zolderopruiming bracht deze vergeten bijdrage aan het licht, een jeugdzonde, immers een kleine 40 jaar oud. Toch durf ik dit gedicht -want dat is het- hier te herhalen, het betreft een pastiche, er mag om geglimlacht worden. Het jaar 1985 was een bijzonder jaar voor barokcomponisten Bach, Händel en Scarlatti: zij vierden allen hun 300ste verjaardag. De barokke tierlantijnen komen terug in mijn sonnet in het krullerig woordgebruik en gezien de inhoud konden Händel en Scarlatti mij gestolen worden. Ik heb geen flauw idee, waarom de titel Franstalig is.

Poème baroque
sur l’année de la musique 1985
Geen beelden als van ijle ijspaleizen
of van lenteblaad’ren in de zon
of een vlinder, pas uit haar cocon
past het zijn muziek te prijzen.
Want voor de arbeid, die zijn geest begon,
kan ’t woord naar waarheid slechts verwijzen
om ijlings dan weer óp te rijzen,
óp, naar ’s meesters rijke bron.
O vulkaan, staak lavastromen;
zie bergen nu in dalen komen
en kindertraan: word godendrank
O distel, paar met druivenrank
en schepping: oor nog slechts naar klank:
Bach heeft de pen ter hand genomen!
Villantiqua
En ja, Villantiqua is mijn pseudoniem. Zoals gezegd, een jeugdzonde, maar wel mijn jeugdzonde.